De legerbonden ACOD Defensie, VSOA Defensie, ACV Openbare Diensten en ACMP hebben dinsdag fors uitgehaald naar de hervormingsplannen van minister van Defensie Theo Francken (N-VA). Volgens de bonden liggen de voorgestelde maatregelen ‘ver onder de lat’. De vier legerbonden beslisten daarop unaniem om het overleg vroegtijdig te verlaten.
De vier vakbonden werden dinsdag uitgenodigd op het kabinet van de minister om te spreken over onder meer de pensioenplannen van de federale regering, maar dat overleg is duidelijk in het verkeerde keelgat geschoten. “Wat ons werd voorgesteld, tart elke vorm van respect voor het militair beroep”, melden de vier organisaties in een gemeenschappelijke mededeling. “Minister Francken profileert zich op sociale media als verdediger van het militair personeel, maar toont in realiteit geen greintje respect voor hun inzet”, klinkt het.
Het grootste struikelblok is voor de militairen nog steeds het uitblijven van de harmonisatie van hun statuut met dat van andere diensten, zoals de politie. “Militairen zijn de enige beroepsgroep die niet voor ieder gepresteerd uur vergoed worden”, duidt Yves Huwart van ACMP. Volgens Huwart worden militairen de facto slechts halftijds betaald. “In ruil zouden we veel vroeger met pensioen kunnen, maar die regels gaan nu ook op de schop. Wij worden gewoon behandeld als goedkope arbeidskrachten”, vindt hij.
De hervorming van het militaire statuut vorm al langer punt van discussie. De vakbonden hebben vooral kritiek op de vele investeringen in militair materieel, waardoor er onvoldoende overblijft voor het verbeteren van de arbeidsvoorwaarden van het personeel. De angst bestaat dat steeds meer mensen vanuit Defensie zullen overstappen naar andere beroepsgroepen met betere voorwaarden, klinkt het bij verschillende vertegenwoordigers. Dat militairen langer zullen moeten werken zonder compenserende maatregelen, kan eveneens op weinig begrip rekenen.
Over de inhoud van de concrete regels die werden voorgesteld, wilden noch de vakbonden, noch de minister verder uitweiden. Volgens Huwart gaat het echter om ‘borrelnootjes’ en is er een ernstige inhaalbeweging nodig. “Wat op tafel werd gelegd, is niets minder dan sociale dumping: ondermaatse arbeidsvoorwaarden, onvoldoende aandacht voor welzijn, en een structureel gebrek aan waardering. Wij hopen nu voor 6 juni een schriftelijk antwoord te krijgen op onze talloze vragen. We willen ook weten hoeveel onderhandelingsmarge er nog is op de voorstellen. Op dit moment hebben we het gevoel dat alles zowat te nemen of te laten valt.”